Gert van Vreden stopt: ‘Oké, dit was het, het is goed’
‘Elke dag met het broodtrommeltje onder de arm, van de Boskamp naar Schalkhaar’, kijkt Gert van Vreden (60) nuchter 35 jaar terug in de tijd. Zonder omwegen. Zoals hij is. ‘Je bent er 24/7 mee bezig. Of je moet toevallig net slapen… De meeste tijd heb ik met veel plezier en liefde het werk hier in mijn autobedrijf gedaan. Maar per 1 september trek ik de deur achter me dicht. Best lastig; het is 35 jaar je kindje geweest. Toch sta ik er vrij nuchter in en zeg ik: oké, dit was het, het is goed.’
Door Rudy Brouwer
SCHALKHAAR – ‘Als ik naar een industrieterrein had gemoeten waar iedereen naast elkaar zit en elkaar dood moet concurreren, dan was ik er al veel eerder mee gestopt’, bekent Gert. ‘De dorpse locatie hier is perfect. Je hoort erbij, je bent één van de mensen op Schalkhaar. Je zet de deur open en iedereen komt binnen. Ook om gewoon een praatje te maken. Het is niet de business alleen; niet álles kost geld, hè. Er is een gemoedelijke sfeer. Ik wil de mensen op Schalkhaar en al mijn klanten bedanken voor het vertrouwen dat ze in mij en ons bedrijf hebben gehad.’
‘Ik kom uit een autobedrijvenfamilie en weet nog goed dat mijn vader me op weg hielp. Die zei: dan moet je dit doen en dan moet je zus en moet je zo. Ik dacht: dat móet ik helemaal niet. Ik zat toen in de generatie daaronder en had er een andere kijk op. Het heeft wel een paar jaren geduurd voordat je volledig geaccepteerd bent binnen zo’n dorpsgemeenschap. Vervolgens merk je al gauw: ik hoor van die en die, ik moet naar jou. Dat betekent dat je je werk goed doet, toch? Anders komen ze niet. Dat vertrouwen moet je winnen.’
Samenwerken
‘Een wisselwerking tussen jou en de klant’, meent Gert. ‘Je moet elkaar helpen en je hebt elkaar nodig. Het wordt allemaal wat harder gespeeld nu. Als ik hard wordt benaderd, dan krijg je ‘m hard terug. Als je daar een goede mix in kan vinden, kan je prettig samenwerken. Op de basis waarop we nu werken, kan ik nog 20 jaar verder. Geen enkel probleem. Het is op de toekomst gericht dat ik zeg: ik stop er mee. Geen opvolging, wet- en regelgeving en als we allemaal elektrisch gaan rijden, zegt mijnheer Bovag dat we met z’n allen alleen nog maar bandjes gaan plakken. Dat schiet niet op.’
‘Ik ga weg’, herhaalt Gert van Vreden nog maar eens. ‘Mijn naam gaat van het pand, maar mijn monteur Hans gaat mee naar de nieuwe eigenaar, Tamaz Automotive. Er blijft dus een vertrouwd gezicht. Hans blijft lekker zijn ding doen in Schalkhaar. Die doet dat goed. Op de manier zoals Autobedrijf Van Vreden dat altijd heeft gedaan.’